Nog niet zo lang geleden was Volkswagen heer en meester in China. De absolute nummer één zelfs voor meer dan een decennium, tot het vorig jaar van zijn troon werd gestoten door lokale speler, en rijzende ster, BYD. In al zijn strijdvaardigheid slaat Volkswagen terug. In februari sloot het een deal met de Chinese fabrikant Xpeng, en werd voor een kleine 5% aandeelhouder, met al meteen een eerste gezamenlijk model in de schijnwerpers. Nu kondigen de partners hun nieuwe platform aan, dat verrassend genoeg 40% goedkoper zou zijn dan de MEB-structuur die Volkswagen momenteel voor zijn elektrische modellen gebruikt.
De bouwstenen van de China Electric Architecture (CEA) zou vooreerst gebruikt worden voor vier instapmodellen die vanaf 2026 op de Chinese markt verschijnen. Daar spelen toegankelijke elektrische auto’s nu al een hoofdrol: 60% van de batterijvoertuigen kost er namelijk minder dan hun tegenhangers op benzine. Zonder bodemprijs kom je er niet aan de bak. Volkswagen beweert dat het die kostenreductie voor zijn nieuwe platform heeft bereikt door verticaal geïntegreerde soft- en hardwaretchnologieën. Met andere woorden: één centrale computer neemt de functies waar, in plaats van de jungle aan chips die we nu in onze auto’s aantreffen – met gemiddeld 3.000 zijn het er dubbel zoveel als in een model met verbrandingsmotor.
Samen sterker
Door deze optimalisatie, waarbij de aansturing is losgekoppeld van de hardware, stijgt de efficiëntie aanzienlijk zonder dat innovatie als autonoom rijden in het gedrang komt. De lage loonkosten van de Chinese productie spelen natuurlijk ook een rol, net als het feit dat Volkswagen en Xpeng samen componenten aankopen en zo vanuit een betere onderhandelingspositie vertrekken.
Advertentie – lees hieronder verder
“De concurrentie is erg hevig”, zegt VW-baas Ralf Brandstätter, “en we moeten onze kostenstructuur aanpassen om in deze omgeving (China, red.) concurrerend te zijn. Dit is een beslissende stap in onze ontwikkeling van intelligente connected voertuigen specifiek voor China en in de versnelling van onze sterke strategie in deze markt.”
“Specifiek voor China”, aldus Brandstätter. Voor de elektrische modellen in Europa (en de VS) gebruikt Volkswagen immers de MEB-architectuur, waarvan het de kosten drukt door het in licentie ook aan Ford te verpatsen. De Duitsers houden verder de lippen stijf op elkaar over de internationale ambities van het CEA-platform, maar gezien de dringende nood aan toegankelijke elektrische auto’s op een globaal niveau en de gewenste meerverkoop in de Westerse landen, lijkt het quasi onmogelijk dat deze piste niet letterlijk in rekening wordt gebracht op het allerhoogste niveau. Volkswagen heeft er momenteel belang bij om niet te veel ruchtbaarheid aan zulke plannen te geven, want de Europese Commissie moet zich nog uitspreken over eventuele importheffing op Chinese – of in dat land geproduceerde – auto’s. Maar dat de formule deugdzaam is, werd al bewezen door de Dacia Spring en de Volvo EX30. Twee zéér populaire elektrische cross-overs waarvan de wieg in China staat (een deel van de EX30-productie komt weliswaar naar Gent) omdat hun technologie daar ontstond.
Productietijd met 30% verkorten
Het lijkt in ieder geval een nieuwe en belangrijke trend te worden dat de klassieke merken zich dieper inlaten met Chinese spelers. Stellantis heeft zich ingekocht bij Leapmotors om versneld een aanbod aan goedkope elektrische modellen aan te bieden, en zal deze Chinese technologie ook in Europa bouwen.
Dat China hoe langer meer de dirigent wordt van het algemene speelveld bewijst ook Volkswagen. Waar de groep zijn productielandschap in Europa stroomlijnt, wat mogelijks het einde van Audi Vorst betekent, als onderdeel van een grote besparingsronde ter waarde van 10 miljard euro, investeert het juist 2,3 miljard in zijn innovatiecentrum in het Chinese Hefei. Het voornaamste doel van dit departement is het met 30% terugdringen van de ontwikkelingstijd van nieuwe modellen.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be